Beter dan niets: enkele minuten Hart van Nederland

Sommige vergelijkingen zijn oneerlijk; die moet je niet maken. Dat is één van de wijze lessen van wijlen Professor Anne van der Meiden, theoloog en communicatiewetenschapper. Zo mag je best het salaris van een verpleegkundige vergelijken met dat van een bankdirecteur om je punt te maken dat een verpleegkundige meer zou mogen verdienen. Maar vooral menselijk leed is onvergelijkbaar. Wat voor de één de druppel is die de emmer doet overlopen, is voor een ander een storm in een glas water. Het probleem bagatelliseren werkt compleet averechts. Je roept er vooral nieuwe ongenoegens mee op, die in de media meestal niet in je voordeel worden uitgelegd.

Een tijdje geleden stond ik precies voor zo’n vraagstuk. We werden uitgenodigd door Hart van Nederland om een bijdrage te leveren aan een item over het tekort aan dierenartsen. Een precair onderwerp, dat uitnodigt om er allerlei aspecten bij te halen zoals de tarieven voor diergeneeskundige zorg, waar we weinig over te zeggen hebben. Na een afweging van alle voors en tegens besloten we op de uitnodiging in te gaan. Het is immers een kans om de reputatie van de dierenarts te verstevigen, een van onze strategische doelstellingen. En uit een voorgesprek met onze communicatieadviseur bleek dat het niet over tarieven zou gaan, maar over de toegenomen werkdruk. Wellicht was dit een ingang om begrip te vragen bij de eigenaren dat 24-uurszorg niet vanzelfsprekend is. Deze uitdaging wilde ik wel aangaan.

"Het zijn bepaald geen doorsnee cliënten van een dierenartsenpraktijk" -

Tijdens de opnames kwam ik erachter dat naast mij een randstedelijke dierenambulance-broeder in beeld gebracht zou worden. Ik werd daar al wat achterdochtig van. Want ik heb veel respect voor vrijwilligers die de dierenambulance bemensen. Ze steken de handen uit de mouwen voor dieren en dat is te prijzen. Maar het zijn bepaald geen doorsnee cliënten van een dierenartsenpraktijk. Ze kloppen vaak aan buiten de reguliere tijden, met dieren zonder eigenaar, zoals zwanen. De zorg voor deze dieren is ‘liefdewerk’, dat wil zeggen onbetaalbaar en helaas meestal onbetaald. Om de druk op de spoedzorg te illustreren met toegenomen aanrijtijden van dierenambulances met gewonde vogels, is wat mij betreft precies zo’n ongepaste vergelijking waar Anne van der Meiden op doelde.

Ik wil het probleem van de ambulancebroeder beslist niet bagatelliseren – hij moet tegenwoordig langer dan vroeger zoeken naar een dierenartsenpraktijk die ’s nachts of in het weekend open is. Voor de geleverde zorg moet misschien meer dan vroeger betaald worden. Maar ik vind persoonlijk niet dat dit duidt op een groot maatschappelijk probleem. Terwijl de toegenomen werkdruk onder dierenartsen wél een punt van zorg is voor de KNMvD. Mijn bijdrage kon het verhaal van de ambulancebroeder dus maar zeer ten dele kracht bijzetten; van de anderhalf uur opnames bleven maar enkele minuten over. Tóch ben ik blij dat we ‘ja’ hebben gezegd. Wat wél overgekomen is, is dat dierenartsen het momenteel erg druk hebben – onder meer door de golf aan coronahuisdieren – en dat niemand van ze mag verwachten dat ze 24/7 werken. Ik mag er ook niet aan denken, dat we als KNMvD geen enkel weerwoord hadden gegeven. Want de vergelijking van veterinaire professionals met vrijwilligers is gauw gemaakt vanwege hun hart voor dieren, maar is écht ongepast.

Advertentie

Om te kunnen reageren op een bericht dient u ingelogd te zijn.


Inloggen