Dierenartsen waarschuwen: extreem kleine hondjes kampen vaak met gezondheidsproblemen

Dierenartsen luiden de noodklok over de toenemende populariteit van extreem kleine honden, zoals de dwergkees (Pomeriaan), chihuahua en diverse mini- of ‘teacup’-varianten. Achter het schattige uiterlijk gaan vaak ernstige gezondheids- en welzijnsproblemen schuil, zo waarschuwt de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde (KNMvD). De beroepsvereniging ondersteunt daarmee de campagne “klein maar pijn’ waarmee organisaties aandacht vragen voor het onzichtbaar lijden van te kleine populaire minihondjes.

“Hoe kleiner de hond, hoe groter de kans op pijn en neurologische problemen,” zegt Paul Mandigers, voorzitter van het Cluster Gezelschapsdieren van de KNMvD. “We zien steeds vaker honden met aandoeningen die direct te herleiden zijn naar de fok op extreem kleine formaten. Dit is een ernstig welzijnsprobleem.”

Erfelijke aandoeningen en blijvende pijn

Veel van deze honden worden gefokt op een onnatuurlijk klein formaat, met alle risico’s van dien. Ze kampen regelmatig met een open fontanel (gat in de schedel), losse knieschijven (patellaluxatie), gebitsproblemen en een verhoogde kans op botbreuken. Daarnaast komt bij kleine rassen steeds vaker een combinatie van ernstige neurologische aandoeningen voor: Chiari Malformatie (waarbij de kleine hersenen uitpuilen door het achterhoofdsgat) en Syringomyelie (holtevorming in het ruggenmerg).

Mandigers: “Deze aandoeningen kunnen leiden tot hevige pijn en verlammingsverschijnselen. Uit onderzoek bij meer dan 500 dwergkeeshonden blijkt dat dieren lichter dan 2,5 kilo een aanzienlijk groter risico lopen om Syringomyelie te ontwikkelen. Screening en selectie op gezondheid en het vermijden van extreem kleine ouderdieren is daarom essentieel.” Dierenartsen kunnen fokkers helpen met het gezonder maken van de populatie. “Daarom werken wij ook mee aan het initiatief Fairdog. Met dat keurmerk kunnen fokkers aantonen dat ze alle mogelijke middelen hebben ingezet om gezonde puppy’s te fokken.”

Veel honden uit het buitenland zonder gezondheidscontrole

Een groot deel van de extreem kleine honden wordt geïmporteerd uit landen als Rusland, Wit-Rusland en andere Oost-Europese regio’s, waar nauwelijks gecontroleerd wordt op erfelijke aandoeningen. Daardoor komen veel pups in Nederland terecht met verborgen gezondheidsproblemen.

De KNMvD benadrukt dat verantwoord fokken en kopen de enige manier is om dit dierenleed te voorkomen. “Fokkers moeten prioriteit geven aan gezondheid boven uiterlijk,” zegt Mandigers. “En eigenaren doen er goed aan zich vooraf goed te informeren en nooit te kiezen voor honden die extreem klein of fragiel zijn.”

Advies aan toekomstige hondeneigenaren

De KNMvD adviseert mensen die een kleine hond overwegen om:

  1. Bedenk eerst of je voldoende tijd en geld hebt om een hond te nemen. Heb je wel voldoende geld voor de reguliere zorg voor een dier, maar heb je geen financiële buffer om onvoorziene dierenartskosten te betalen? Sluit dan een goede verzekering af.
  2. Niet te kiezen voor honden die minder dan 3 kilo wegen of afkomstig zijn uit extreem kleine ouderdieren.
  3. Alleen pups te kopen van ouderdieren die getest zijn op erfelijke aandoeningen, bijvoorbeeld via MRI bij rassen waar Chiari Malformatie of Syringomyelie voorkomt.
  4. Altijd rekening te houden met levenslange zorg- en dierenartskosten — deze zijn bij minihondjes vaak fors hoger.
Gezondheid boven uiterlijk

“Een hond hoort te kunnen rennen, spelen en pijnvrij leven,” besluit Mandigers. “Dat lukt alleen als we stoppen met de fok op extreme, ongezonde uitersten. Gezondheid moet altijd voorrang krijgen op mode of formaat.”

Advertentie

Om te kunnen reageren op een bericht dient u ingelogd te zijn.


Inloggen