RDA publiceert Zienswijze Doden van zorgbehoevende dieren

De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit verzocht de RDA zich uit te spreken over euthanasie van zorgbehoevende dieren, ten behoeve van een verantwoord beleid hiervoor. Met de zienswijze ‘Doden van zorgbehoevende dieren’ beantwoordt de Raad aan deze vraag.

De RDA bepleit een herijking van het kader waarbinnen tot het voortijdig doden van dieren wordt besloten. De Raad beveelt aan: doe meer aan preventie, begin bij een zorgvuldige afweging, zorg voor een verantwoorde uitvoering en maak het onderwerp beter bespreekbaar. De belangrijkste conclusies van de zienswijze zijn:

Waarde van het dier

Vertrekpunt voor onze omgang met dieren moet de intrinsieke waarde van het dier en aandacht voor een goede omgeving, goede voeding, goede gezondheid, ruimte voor natuurlijk gedrag en het bereiken van een positieve emotionele staat voor het individu dienen, ook als het gaat om het voortijdig doden ervan.

Twee categorieën

De RDA onderscheidt voor het doden van zorgbehoevende dieren twee categorieën: dieren die ondraaglijk lijden en in hun
eigen belang voortijdig moeten worden gedood (cat. I) en dieren waaraan, binnen de grenzen van het huidige economisch
model, door de individuele houder geen leven volgens minimaal de wettelijke normen geboden kan worden en waarvoor
binnen het huidige economische model geen economisch haalbare alternatieve bestemming mogelijk is.

Voortijdig doden en acceptatie door samenleving

Bij alle vormen van bedrijfsmatige dierhouderij doet de noodzaak om zorgbehoevende dieren voortijdig te doden zich op enig moment en om enigerlei reden voor. Het is onacceptabel om een dier dat ernstig lijdt en niet zal herstellen aan zijn lot over te laten en langzaam te laten sterven. In onze samenleving stemt een grote meerderheid in met nooddoding (categorie I). De acceptatie lijkt aanzienlijk geringer als het gaat om het voortijdig doden van dieren om economische redenen (categorie II).

Per dierpraktijk en per situatie verschillen de waarden en belangen die in het geding zijn bij de afweging om dieren voortijdig te doden. In alle gevallen geldt dat het zou moeten gaan om incidentele gevallen. Als sprake is van routinematig voortijdig doden, dan zijn bedrijfsaanpassingen of systeemverandering noodzakelijk.

Gewetensnood

Mensen die moeten besluiten tot het voortijdig doden van dieren en in sterkere mate degenen die bij de uitvoering betrokken zijn, ervaren verschillende vormen en gradaties van gewetensnood. Dat kan belemmerend werken op het tijdig nemen en uitvoeren van zo’n besluit.

Richtlijnen en protocollen

Beslisondersteuners, richtlijnen en protocollen kunnen bijdragen aan een zorgvuldiger en controleerbare besluitvorming en uitvoering. Met benchmarksystemen kunnen bedrijfsspecifieke of sectorgebonden oorzaken aangepakt worden. Zo’n instrumentarium is echter niet voor alle diercategorieën in alle sectoren beschikbaar.

Emotioneel beladen

Voortijdig doden van (veelal jonge) dieren is een emotioneel en moreel beladen onderwerp en voor velen lastig bespreekbaar, waardoor verbeteringen worden belemmerd.

Lees de volledige RDA Zienswijze Doden van zorgbehoevende dieren op rda.nl.

Ook interessant

Beslisondersteuner voor zorgbehoevende varkens vanaf twee maanden leeftijd beschikbaar voor varkenshouders en dierenartsen

Advertentie

Om te kunnen reageren op een bericht dient u ingelogd te zijn.


Inloggen